01.01.1948 PH-TDH Lockheed
749 Constellation 2564 Batavia(PK)
Terug /
Top
Bij
het proefdraaien en checken der systemen lekte benzine in de ruimte om de
kachel.
Bij het testen van de kachel ontplofte dit na ongeveer één minuut.
De
stroomlijnplaten bij de aanhechting van de vleugel werden losgeslagen en naar
buiten gedrukt.
Gezagvoerder:
Bruëns. Boordwerktuigkundige: Wolf.
Het telegram uit Batavia voor de RLD. (Coll. H. Dekker)
De weggeslagen huidbeplating. (Coll. H. Dekker)
02.01.1948 PH-NBA Fokker F.25
Promotor
6066 Pijnacker
Terug /
Top
Onderweg
van Twente naar Ypenburg kwam de bestuurder na Utrecht in steeds slechtere
weersomstandigheden terecht.
Ter hoogte van Ypenburg was de aarde met een dikke
mistbank bedekt.
Aangezien
de radio van het vliegtuig defect was en het inmiddels
donker werd besloot hij
een noodlanding uit te voeren op een daartoe geschikt
lijkend weiland.
De
landing verliep prima maar toen hij daarna naar een andere positie op het veld
taxiede,
brak er een hefboom van het intrekmechanisme van het landingsgestel af
waardoor het neuswiel
inklapte.
De
volgende dag werd het provisorisch hersteld zodat naar Ypenburg kon worden
gevlogen.
Bestuurder: H.
Bulten.
(De in het rapport genoemde F. Bulten is natuurlijk een abuis!)
|
Inspecteur Van der Wal schreef een rapportje.
(Coll. H. Dekker)
|
02.01.1948 PH-TAH Douglas C-54A Skymaster 10392 Middellandse
Zee
Terug /
Top
Tijdens
kruisvlucht werd het toestel getroffen door de bliksem.
Een enorme klap, een
vuurbal op de neus van het toestel was wat waargenomen werd.
Te Rome bleek dat
het richtingsroer ernstig beschadigd was. Dat werd daar
provisorisch
gerepareerd waarna teruggevlogen werd naar Amsterdam. Daar
werd de neusplaat verwisseld en
het richtingsroer goed gerepareerd.
Daarover
ontstond nog enige commotie, de autoriteiten vernamen in de wandelgangen dat de
reparatie wel héél erg provisorisch was en dat de
luchtwaardigheid ongetwijfeld in het
gedrang was gekomen.
Gezagvoerder:
Schultz. Boordwerktuigkundigen: J. Witkamp en D.J. den Daas.
Rapport betreffende de
noodreparatie opgesteld door D. Maasen.
(Coll. H. Dekker)
02.01.1948 PH-TDB Lockheed
749 Constellaton 2544 El Adem(5A)
Terug /
Top
Tijdens
de vlucht kwam er een brandmelding uit het achter bagageruim en er werd direct
een
noodlanding gemaakt op het vliegveld van Tobroek.
Het bleek een
doorgebrande heater-motor te zijn.
De motor van de recirculation fan bleek doorgebrand.
(Coll. H. Dekker)
10.01.1948 PH-UCO Piper L-4J Grasshopper 13367 Mierlohout
Terug /
Top
Ten
gevolge van een storing aan de carburateurverwarming, waardoor geen
voorverwarmde lucht
meer werd aangezogen, liep het toerental van de motor sterk
terug.
Er
moest een noodlanding op een eigenlijk ongeschikt terrein worden uitgevoerd.
Bij de nadering bleef het onderstel achter het prikkeldraad haken, dat brak af
waarna de
bestuurder het toestel, al in overtrokken toestand, nog naar rechts
stuurde om de erachter
staande appelbomen te ontwijken.
Dat
lukte gedeeltelijk, de linker vleugel raakte er nog een. Hierna wipte het
toestel nog nèt
over een slootje en kwam daarachter, op de neus weliswaar, tot stilstand.
Bestuurder:
A.W.J. van Heugten.
Na reparatie moest het
toestel voor de her-uitreiking van het BvL weer gekeurd worden.
(Coll. H. Dekker)
15.01.1948 PH-UDA de Havilland D.H.82A Tiger Moth 3729 Nordhorn(D)
Terug /
Top
De
twee leerlingen waren vanaf Ypenburg gestart voor een overlandvlucht naar
vliegveld Twente.
Ze konden het veld echter niet vinden en besloten het toestel
aan de grond te zetten om te
weten te komen waar ze precies waren.
Dat
bleek dus al een eindje Duitsland in te zijn.
Na
weer gestart te zijn raakten ze al vrij snel weer de koers kwijt.
Bovendien
begon de motor al te sputteren vanwege brandstofgebrek.
Dus
weer werd het toestel aan de grond gezet, niet in de buurt van Coevorden zoals
ze
veronderstelden, maar het bleek een bouwland onder Assen te zijn.
Het
was inmiddels te laat om nog een poging te wagen om
naar Ypenburg terug te vliegen.
Ze waren van plan dat de volgende ochtend te
doen.
De
RLS-leiding besloot anders, de volgende dag kwam een ophaalploeg om het toestel
te
demonteren en over de weg naar Ypenburg terug te brengen.
Bestuurders:
P.H. Westerhof en J.A. Motshagen.
Het toestel werd dus vanuit Assen niet teruggevlogen!
(Coll. F.E.J. Jansen)
Knipsel uit de collectie van Doewe Pelleboer.
16.01.1948 PH-AAA Bücker Bü 181 Bestmann 331365 #
Terug /
Top
Schroef
beschadigd. Verder geen informatie.
20.01.1948 PH-UAN de Havilland D.H.82A Tiger Moth 86537 Rijswijk
Terug /
Top
Tijdens
een lesvlucht liep opeens het toerental van de motor sterk terug.
Zó sterk dat
een noodlanding gemaakt moest worden. Een technicus van het veld repareerde ter
plekke de motor en daarna kon het toestel van hetzelfde veld weer opstijgen.
Instructeur: J.F.W. Meyer. Leerling: E. Remy.
Het rapport van instructeur Meyer. (Coll. H. Dekker)
24.01.1948 OY-DVY S.A.I.
KZ-III
85 Twente
Terug /
Top
De
bestuurder was de dag ervoor op Eindhoven aangekomen vanuit België.
Toen wilde
hij al direct naar Hamburg doorvliegen om daar te overnachten bij vrienden,
maar
i.v.m. het slechte weer kreeg hij daarvoor geen toestemming.
Ook
op de 24ste was het weer marginaal maar hij vertrok toch.
Boven
Duitsland raakte hij
echter al snel de weg kwijt en hij besloot naar Nederland terug
te
vliegen om
vliegveld Twente op te zoeken.
Dat
lukte bijna, hij kwam wel in de buurt van het veld maar kon de exacte plaats
niet vaststellen.
Toen het donker begon te worden, besloot hij tot een
noodlanding.
Het
gekozen veld was daar prima geschikt voor, maar hij ving bij de landing t.g.v.
het slechte
zicht, te hoog af zodat het toestel de resterende meters in
overtrokken toestand recht
naar beneden aflegde.
Het
werd ernstig beschadigd. De beide inzittenden werden licht gewond.
Bestuurder:
L. Andersen.
Beschrijving van het gebeurde door de Chef LVB
station Eindhoven. (Coll. H. Dekker)
00.01.1948 PH-TDD Lockheed 749 Constellation 2556 La Guardia(N)
Terug /
Top
In
Vliegwereld van 1.2.1948 stond een stemmig plaatje van de met ijspegels behangen "
Delft"
die daar enige tijd door de
weersomstandigheden werd opgehouden.
Het bovengenoemde plaatje.
06.02.1948 PH-TBN Douglas C-47A 12775 Bergamo(I) Terug /
Top
PH-TDS Douglas C-47A 13480
Deze toestellen werden door KLM verkocht aan Haroon & Son te
Karachi. Door een onduidelijk
contract moesten ze naar Pakistan worden
geferried onder Nederlands kenmerk.
Daarvoor wenst KLM geen bemanning
te leveren en de vlucht werd uitgevoerd door Engelse
bemanningen.
Zonder daarvoor toestemming te hebben gevraagd, landden zij op het
militaire vliegveld van
Bergamo. Bovendien bleek daar dat met beide
toestellen wapens werden vervoerd.
Problemen dus: Nederlands geregistreerde toestellen, buitenlandse
eigenaar, Engelse bemanning,
wapens aan boord, niet geautoriseerde
landing. Kortom, niets klopte.
Na intensief overleg werd na een paar dagen besloten de inschrijving
in het Nederlands
register door te halen en de eigenaren mede te
delen dat ze 'het verder zelf maar moesten
uitzoeken'.
10.02.1948 PH-NAH Koolhoven
F.K.43
6166 Ypenburg
Terug /
Top
De
vleugel werd afgekeurd wegens schade door binnendringend vocht. De PH-NAN
stond, na de
noodlanding van 26 mei 1947, nog steeds aan de grond wachtend op
onderdelen en daar werd de
vleugel afgehaald zodat de 'AH' weer kon vliegen.
Rapport
van de BvL-keuring op 10 februari.
(Coll. H. Dekker)
10.02.1948 PH-TDG Lockheed 749 Constellation 2559 Schiphol
Terug /
Top
Na
de start kreeg van motor #4 de ene rij cilinders alle brandstof en de andere
niets.
Lange vlammen uit de uitlaat en de motor sloeg af. Teruggekeerd.
Gezagvoerder:
K.J.T.M.F.F.M . Rüpplin von Keffikon. Copiloot: J. Flemer.
Boordwerktuigkundigen:
J.M. de Jonge, Fare en Hartog. Telgrafisten: Jansen en Hoogstede.
Radar: W.
Smit.
Uitgebreid
verslag van deze proefvlucht.
(Coll. H.
Dekker)
10.02.1948 PH-UDC de Havilland D.H.82A Tiger Moth 84257 Middelbeers
Terug /
Top
De
opdracht aan de leerling was een vlucht van Gilze-Rijen naar Lopik en dan via
Kootwijk
weer terug naar Gilze-Rijen.
Hiervan
afwijkend vloog hij echter naar Breukelen, daar cirkelde hij enige tijd rond en
zette
toen koers naar Kootwijk. Inmiddels begon hij zich wat misselijk te
voelen en besloot toen
hij ter hoogte van Soesterberg was, direct naar Gilze-Rijen terug te
vliegen.
Niet écht direct, maar hij vloog meer '
in algemene zin' naar het
zuiden.
Inmiddels voelde hij zich zó ziek dat hij tot een
noodlanding besloot.
Hij
kon echter geen geschikt veld vinden en bleef toen wat ongecoördineerd heen en
weer vliegen.
Toen z'n brandstof op was moest hij
natuurlijk wel, maar toen had hij, door het geaarzel,
natuurlijk nauwelijks
meer iets te kiezen.
De
landing ging echter nog betrekkelijk goed, alleen in de uitloop sloeg het
toestel met lage
snelheid nog over de kop. De schade was gering.
Bestuurder:
J.C.A. Peeters.
De
Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart.
(Coll. H. Dekker)
20.02.1948 PH-UCW Piper J3C-65
Cub 13215 Schiphol
Terug /
Top
Op
het moment dat de bestuurder het vliegtuig -na ontvangst van het
groene licht- voor de
start baan #09 wilde oprijden, werd het toestel door een
windvlaag op de neus gezet.
Schroef gebroken en luchtfilter beschadigd.
Bestuurder:
Gelderman.
Sipkes bracht een nieuwe Diepen-schroef.
(Coll. H. Dekker)
20.02.1948 G-#
#
=
Woerden Terug /
Top
Gehinderd door een sneeuwstorm besloot de bestuurder tot een noodlanding.
Bericht in Woerdens Weekblad 21.2.1948.
23.02.1948 PH-NAI Koolhoven
F.K.43
6167 Ypenburg
Terug /
Top
Na
de schade aan de vleugel van de 'AH' (zie 10/2) werd dezelfde schade ook bij de
'AI' aangetroffen.
De schade werd bij Frits
Diepen Vliegtuigen gerepareerd.
(Coll. H. Dekker)
26.02.1948 PH-TCK Douglas
C-47A
19016 Schiphol Terug /
Top
Na
de eerste solovlucht moest de leerling dus zijn eerste solo-landing maken.
Hij
probeerde een mooie driepuntslanding te maken.
Dit
gebeurde al wat aan de rechterkant van de baan, helaas sprong het toestel weer
op wat hij
probeerde te corrigeren door wat bij te steken en gas te geven.
Hierdoor kwam het nét weer in de vliegstand maar door de dwarswind dreef het
toen nog verder
naar rechtsaf, en daar stonden een paar borden.
Met
sterk voetenstuur liet hij het toestel weer naar links
zwenken maar omdat het toestel
eigenlijk in overtrokken toestand was, klapten
de linker vleugel en het linker wiel tegen de grond.
Weer sprong het vliegtuig
op en draaide nu snel naar links weg. Het zakte weer aan de grond en
reed toen
recht op een daar staande startwagen af.
Hard
links remmend werd deze nog grotendeels ontweken maar de bestuurder kon toch
niet verhinderen
dat de rechter vleugeltip tegen de koepel van de wagen sloeg.
Het
vliegtuig werd aan beide vleugeltippen beschadigd, de inzittenden van het
voertuig hadden
bijtijds een goed heenkomen gezocht.
Bestuurder:
J.T. Braaksma. Boordwerktuigkundige: J. Klijn.
Het
rapport van de bwk over het gebeurde en dat over de schade.
(Coll. H. Dekker)
07.03.1948 PH-85 Schneider Grunau Baby
IIa
1 serie III Noordwijk Terug /
Top
De bestuurder
bleef te lang en te laag cirkelen en kon dientengevolge het terrein niet
meer
bereiken.
Na
een normale buitenlanding gleed het toestel in zijn uitloop in een sloot die
nog met
een ijslaag was bedekt. Die was echter niet sterk genoeg, de rompbeplating
werd op enkele
plaatsen open geschuurd door ijsschotsen.
De
bestuurder zag kans om, vóór de romp onder water verdween, uit te stappen op de
dichtstbijzijnde wal. Hij bleef droog.
Bestuurder:
J. Brans.
In
Avia van 15 mei 1948 stonden twee aardige foto's van dit incident, ik heb ze hieronder
gereproduceerd.
07.03.1948 PH-130 Grunau 9 (ESG)
6018 Venlo
Terug /
Top
PH-169 Schneider Grunau
Baby
IIa
6042
Na
het loskoppelen het toestel overtrokken. De bestuurder maakte een wijde linkerbocht
in plaats van een rechter.
Hij
landde goed, met de wind schuin in de rug, maar in de uitloop doorgeschoten
tegen een
terreinwagen en de PH-169 die daar stonden opgesteld.
Schade
aan de linker vleugel (130) en gat in rechter vleugel (169).
Bestuurder:
Friezen.
Ongevallenrapport 1948-1. (Coll. H. Dekker)
08.03.1948 PK-CTC Convair PBY-5A Catalina 21995 Poso
Terug /
Top
Door
een misverstand over de te volgen startprocedure tussen gezagvoerder en 2e
vlieger
verongelukt tijdens de start.
Geen
der bemanningsleden en (9) passagiers liepen verwondingen op.
Wèl nam de
zinkende Catalina alle bagage mee naar de zeebodem.
G
ezagvoerder:
C.L. van Kooij. Tweede vlieger: M.G. Nicolai. Boordwerktuigkundigen: A.W. Smith
en W.G. Gobee.
15.03.1948 PH-UBR Beech
D18S
A-102 Schiphol
Terug /
Top
Er
zou een navigatie-nachtvlucht gemaakt worden over het traject Gilze-Rijen,
Oostende,
Groningen, Gilze-Rijen.
Al
na vijf minuten zat men in de wolken, en nog boven België viel de radiozender
uit.
Werkend met het radiokompas werd de vlucht toch doorgezet en werd naar
Groningen genavigeerd.
Inmiddels was van Schiphol de
mededeling ontvangen dat het weer slecht was.
Vanaf
Groningen werd aangevlogen op de zender Jaarsveld en vandaar op een berekende
koers
naar Gilze-Rijen.
Dat
veld bleef echter onvindbaar en het plan om nogmaals
vanaf Jaarsveld aan te vliegen werd
door de telegrafist met klem van tafel
geveegd. Zender Jaarsveld ging om 12 uur uit de lucht en
bovendien was de
brandstofvoorraad al behoorlijk geslonken.
Besloten
werd om naar Schiphol te vliegen.
Ondertussen
was de toestand in de Beech niet echt vrolijk meer.
De voorruiten lekten stevig
(zoals bij de meeste Beechcrafts) en het instrumentenbord
werd kletsnat. Plasjes op de vloer!
Bovendien
werd een sterke brandlucht waargenomen. Die bleek afkomstig van het intensief
gebruikte
radiokompas; dat werd daarop uitgeschakeld.
Op
aanwijzingen van de telegrafist werd met de handpeiler Schiphol aangevlogen,
waarbij pas op
een hoogte van 60
meter grondzicht werd gekregen.
De landing verliep
daarna probleemloos.
Instructeur:
G. Bowker. Leerling: Tabernal. Telegrafist: D. Bonne.
18.03.1948 PH-UBM North American AT-6A Texan 78-6599 Gilze-Rijen
Terug /
Top
Grondzwaai
met als gevolg de bekende schade: vleugeltip en aileron beschadigd.
19.03.1948 PH-TCU Douglas
C-47A 13472
Wenen(OE) Terug /
Top
Er stond een vrij krachtige, vlagerige
dwarswind. Op het moment van touch down op
vliegveld Tulln begon het toestel plotseling naar
bakboord over te hellen.
Het
corrigeren met motor en aileron lukte slechts gedeeltelijk. De machine bleef
een ogenblik
z’n koers houden, maar raakte met de linker vleugeltip nog de baan.
De
daardoor ingezette grondzwaai kon worden voorkomen.
Het rapport van de chef vliegdienst Europa aan
Hoofd Vliegbedrijf. (Coll. H. Dekker)
28.03.1948 PH-186 Grunau 9 (ESG)
KZC-1 Valkenburg
Terug /
Top
Na
ongeveer over een afstand van 150
meter op 1
meter hoogte keurig aan de lierkabel te
hebben gevlogen
trok de bestuurder plotseling scherp op. En, we hebben het al vaker gezien,
daarna stuurde hij scherp naar beneden en vloog het toestel tegen de grond.
De
spanbok (bij een ESG de romp dus) werd onherstelbaar beschadigd en dus werd bij
de
reparatie een geheel nieuw exemplaar gebouwd.
Bestuurder:
De Jong.
Ongevallenrapport 1948-4. (Coll. H. Dekker)
29.03.1948 PH-127 Fokker
ESG
6015 Valkenburg
Terug /
Top
De
lierkabel lag, zonder dat de lierman zich dat bewust was, in een bocht.
Toen de
leerling dan ook voor zijn eerste sledevaart opgelierd zou worden, geschiedde
dat met een forse ruk.
Van
schrik trok de leerling de knuppel naar zich toe en zat dus direct op een
hoogte
van acht meter.
Dat de leerling daarna de zaak toch min of meer heel aan
de grond kreeg kan slechts als een
meevaller beschouwd worden.
De
schade aan de spanbok was een gebroken schaats, wat scheuren in het voorste
driehoeksspantje
en in de achterstijl.
Leerling:
Van der Heijden.
Ongevallenrapport 1948-5. (Coll. H. Dekker)
02.04.1948 PH-168 Schneider Grunau Baby
IIb
6050 ‘t Gooi
Terug /
Top
Toen
het toestel op ongeveer tien meter hoogte was, haperde de lier even waardoor de
kabel
slap kwam te hangen en losschoot. De bestuurder maakte daarop een harde
landing.
De
rompspanten vanaf de neus tot en met de hoofdspant
werden vernield en wat beplating verloren.
Bestuurder:
W.J. Koppius.
Ongevallenrapport
1948-6.
(Coll. H. Dekker)
Overzicht
van de uitgevoerde reparaties.
(Coll. H. Dekker)
11.04.1948 PH-TSC Douglas C-54A Skymaster 10373 Rome(I)
Terug /
Top
Vóór
de in gebruik zijnde baan bevond zich een rijbaan die met stalen matten was
bekleed
en ongeveer 35 cm
hoger lag dan de landingsbaan.
Het
vliegtuig kwam te kort binnen en raakte ongeveer 60 meter vóór het begin
van de baan
al de grond en ‘onderweg’ naar de baan moest, met een snelheid van
180 km/u, de rand van
die rijbaan nog worden genomen.
Het vliegtuig sprong weer
op en kwam op het begin van de landingsbaan weer aan de grond.
De
ernst van de schade werd niet onderkend en na het verwisselen van twee banden
werd de
vlucht naar Lydda(4X) probleemloos voortgezet.
Omdat
het toestel daar volgens schema een dag zou blijven staan, voerde de
grondwerktuigkundige
opnieuw een inspectie uit.
Ook nu werd nog steeds niet de
volle omvang van de schade ontdekt, wél constateerde hij dat
de motorgondels #2
en #3 waren ontzet, dat er huidbeplating in de buurt van deze gondels
geplooid
was en dat er een paar koppen van klinknagels ontbraken.
Ook
al omdat de reparatiemogelijkheden op Lydda beperkt waren, besloot de
gezagvoerder toch,
mèt passagiers, voor de terugvlucht naar Amsterdam
te starten.
Op
13 april ondertekende de BWK dan ook daartoe het Dagelijks Bewijs van
Luchtwaardigheid.
Bij de tussenlanding op Rome werd er wéér geïnspecteerd en
wéér werd het toestel luchtwaardig
gevonden. Dus werd het toestel gewoon
volgens plan via Marseille naar Amsterdam teruggevlogen.
Daar
werd nog eens nauwkeuriger gekeken, met als resultaat:
motorgondels #2 en #3 vervormd, beide
gondels " 1½° naar voren gedompt; brandschotten
sterk geplooid;
verbindingsprofiel tussen de bovenste motorbevestigingspunten vervormd en
gescheurd; enige nagelkoppen afgesprongen; huidbeplating bij de beide gondels
geplooid;
voorligger bij de gondels geplooid.
De
KLM schorste de betrokken BWK voor drie maanden, de Raad voor de Luchtvaart
strafte de
gezagvoerder met een berisping.
Gezagvoerder:
A. Reijers. Tweede piloot: C.A.P. Feeney. Boordwerktuigkundigen: G.J.M. Tijteca
en P.J. Kiebert. Telegrafist: J. Busquet.
Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart. (Coll. H. Dekker)
11.04.1948 PH-163 Schneider Grunau Baby
IIb
6054 't Gooi
Terug /
Top
De
bestuurder wilde lekker kort binnenkomen. Hij sloot echter de kleppen iets te
laat
waardoor de bakboordstaartstijl achter de ruit
van de jeep bleef haken.
De
stijl verboog en de stabiloligger brak af.
Om
door te kunnen vliegen, werden het stabilo en de stijl
van de PH-168 (zie incident 2/4)
op de PH-163 gemonteerd.
Bestuurder:
L. van den Bergh.
Ongevallenrapport
1948-7.
(Coll. H. Dekker)
13.04.1948 PH-UAD de Havilland D.H.82A Tiger Moth 86528 Scheveningen
Terug /
Top
Hoewel
de leerling nog maar drie uur solo was, kreeg hij, behalve het oefenen van
starts
en landingen, als opdracht het oefenen van enige tolvluchten.
Hij
zette echter de tolvlucht op te lage hoogte (450m) in en keek tijdens de
tolvlucht naar
z’n instrumenten in plaats van naar
buiten. Toen hij dat laatste ten slotte deed, zag hij dat
hij al behoorlijk
laag zat.
Hij
stak scherp bij om zo snel mogelijk uit de tolvlucht te komen, en het lukte ook
om het
toestel vlak boven het wateropppervlak weer vlak te krijgen.
Maar de
neerwaartse snelheid was er nog niet uit en hij kon dan ook niet verhinderen
dat het
toestel het water in dook.
Hij
werd door drie Hagenaars gered. De PH-UAD werd kort daarna geborgen en moest
worden afgeschreven.
Bestuurder:
W. Leemhuis.
Hoewel de schade er nogal ernstig uitziet, werd de romp waarschijnlijk toch weer gerepareerd!
Op foto's van de stormschade op
Ypenburg 14.3.1951 lijkt hij weer op te duiken! (Coll. H. Dekker)
De Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart. (Coll. H. Dekker)
18.04.1948 PH-171 Schneider Grunau Baby
IIb 6053 Terlet
Terug /
Top
Bij
de lierstart zakte de rechter vleugel wat door en raakte de grond en bleef daar
haken.
De lier trok het toestel toen even dwars in de bewegingsrichting.
Schaats
gebroken, breuken en deuken in gordingen, spanten en huidbeplating.
Bestuurder: Grooteboer.
Ongevallenrapport 1948-8. (Coll. H. Dekker)
28.04.1948 PH-UBF North American AT-6A Texan 77-4400 Gilze-Rijen
Terug /
Top
PH-UBN North American
AT-6A Texan 78-5955
Onafhankelijk
van elkaar: Beide grondzwaai met als gevolg de bekende schade:
vleugeltip
en
aileron
beschadigd.
Schade-/reparatierapporten van de PH-UBF. (Coll. H. Dekker)
29.04.1948 PH-AAA Bücker Bü 181 Bestmann 331365 Ypenburg
Terug /
Top
Na
de landing werd bij een controle metaal in het
oliefilter aangetroffen.
De bestuurder/eigenaar gaf daarna de firma Diepen
opdracht de motor verder te demonteren.
Het bleek dat zuigerpen van cilinder #4
los was. De oorzaak was een ontbrekende borgring.
Vreemd genoeg werden daarvan
ook geen delen gevonden.
Bestuurder:
A.J. van Campenhout.
Verslag van het onderzoek
naar de motorstoring.
(Coll. H. Dekker)
01.05.1948 PH-TKW Douglas
DC-6
43112 Schiphol
Terug /
Top
Bij
de start voor een oefenvlucht werd een motorstoring gesimuleerd.
De
bestuurder bracht bij een snelheid van 169 km/u de
gashandel van motor #1 naar achteren.
Dit was bij de veilige start
startsnelheid bij dit vliegtuiggewicht.
Hij dacht dat het toestel op dat moment
al losgekomen was, maar dat bleek achteraf niet
zo te zijn.
Hij
begon pas de koers te corrigeren toen het toestel duidelijk naar links begon
weg te lopen.
De grondsporen wezen uit dat door deze correctie het toestel op
een gegeven moment met het
rechter onderstel loskwam, zodat het alleen op het
linker hoofdwiel reed.
Hij
trok het toestel los, waarna het in een flauwe, langzaam stijgende, linkerbocht
overging.
Toen besefte de bestuurder dat er een gevaarlijke
situatie aan het ontstaan was en gaf opdracht
om motor #1 weer vol gas bij te
zetten.
Maar
het was al te laat. De linker vleugeltip en de schroef van motor #1 raakte een
aarden wal.
Door deze botsing brak er een stuk ter lengte van vijf meter van de linker vleugel
af en werd de dwarshelling sterker en de linkerbocht scherper.
Even
later raakte het vliegtuig weer met de linker vleugel de grond.
Het bewoog zich
met die vleugel over de grond en om de topas draaiend verder, tot het in een
greppel tot stilstand kwam.
De
bemanning verliet zo snel mogelijk het toestel. Een beginnende brand werd direct
geblust.
Het toestel was onherstelbaar beschadigd.
De
gezagvoerder had een gekneusde voet, de boordwerktuigkundige en de waarnemer
liepen enige
onbeduidende verwondingen op.
Gezagvoerder:
A.G. Ekels. Vlieger: S. du Porto. Boordwerktuigkundige: H. van der Ham.
Telegrafist: C. Hoefnagel. Waarnemer A.J. Booy.
Twee foto's die een goed overzicht geven van de ligging van het wrak. De rechter vleugel met motor #3
onder de romp en het brandschot van #4. En tenslotte de afgeslagen linker vleugeltip, ca. 5 m lang.
(Coll. H. Dekker)
|
|
|
|
Deze twee foto's kreeg ik van P. Maissan.
|
|
De Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart. (Coll. H. Dekker)
03.05.1948 PH-UAP de Havilland D.H.82A Tiger Moth 86548 Ypenburg Terug /
Top
De
leerling zou een laplanding maken en dat betekent vrijwel automatisch dat er in
het laatste
stadium van de nadering nog gemanoeuvreerd moet worden.
Hij
kwam eigenlijk al te laag binnen en hij zat bovendien niet goed recht voor de
baan.
Hij probeerde toen toch nog, zonder gas bij te geven, recht voor de baan
te manoeuvreren.
En zoals we in het verleden al diverse keren
hebben gezien, dat moet je met een Tiger Moth niet doen!
Met andere
toestellen trouwens ook niet.
Een
deskundige ooggetuige zag het toestel een schuivende beweging maken,
vermoedelijk doordat er
te veel richtingsroer en te weinig rolroer werd gegeven.
Het
vliegtuig botste daarna eerst met de linker vleugel en toen met de rechter vleugel tegen de grond,
waarna het langzaam over de kop sloeg.
Het
vliegtuig werd ernstig beschadigd. De bestuurder bleef ongedeerd.
Bestuurder:
B. Landman.
Korte beschrijving van het gebeurde. (Coll. H. Dekker)
07.05.1948 PH-NCT Piper J3C-65
Cub
22958 Ypenburg
Terug /
Top
PH-UAU de
Havilland D.H.82A Tiger Moth
84211
De
leerling nam het toestel over van twee andere leerlingen die net een
oefenvlucht hadden
voltooid. Hij stapte in maakte z’n
riemen vast, en toen hij weer naar buiten keek zag hij
dat er al twee Tigers op
de startplaats stonden waarvan er één al op de wind gedraaid was.
Hij
gaf direct gas om zich bij het tweetal aan te sluiten.
Helaas,
hij had zich er niet van vergewist of er nog ander verkeer was.
Van
rechts kwam de Piper aanrijden en hoewel hij direct het gas sloot, kon hij een
aanrijding
niet meer verhinderen.
De schroef en de neusplaat van de PH-UAU
werden ernstig beschadigd, de linker vleugel van
de PH-NCT werd ter hoogte van het rolroer ‘vermalen’.
Bestuurders:
Ch.J.P. Linssen (PH-UAU) en J.C. ter Averst (PH-NCT).
Het
controle-rapport van FDV.
(Coll. H. Dekker)
Instructeur Ter Averst omschreef en tekende het verloop van het incident. (Coll. H. Dekker)
08.05.1948 PH-151 Schneider Grunau Baby
IIb
6033 Twente
Terug /
Top
Een
perfecte vlucht die helaas niet in stijl besloten werd.
Om
onverklaarbare redenen vond de bestuurder het nodig om bij het inzweven, op
zeer geringe
hoogte, een S-bocht in te zetten.
Hij vergat kennelijk even dat er
vleugels aan z’n toestel zaten.
De
linker vleugeltip raakte licht de grond. Het gevolg laat zich raden. Het
toestel maakte
een forse smak, slee afgebroken, rompbeplating gescheurd,
schouderspant gebroken, staart
afgebroken.
Bestuurder:
v.d. Harten.
Ongevallenrapport 1948-2. (Coll. H. Dekker)
09.05.1948 PH-135 Fokker
ESG
6023 Venlo
Terug /
Top
Bij
de landing te veel gestoken. Van tien meter hoogte tegen de grond gevlogen.
Spantoren
100% gekraakt, enige ribben van de vleugel gebroken, bovengording van de
staart
gebroken.
Bestuurder:
L. Dietz.
Ongevallenrapport 1948-9. (Coll. H. Dekker)
11.05.1948 PH-TFA Douglas
C-47A
13462 Ypenburg
Terug /
Top
Het
toestel zakte tot z'n assen in de modder en moest er
met vereende krachten weer
uitgetrokken
worden.
Twee
foto's van de graaf-/trekwerkzaamheden.
(Resp. Coll. H. Dekker en A.C. Guys)
14.05.1948 PH-TLW Douglas C-54A Skymaster 7455 Schiphol
Terug /
Top
Bij
de nadering bleek dat het rode lampje van het rechter hoofdonderstel bleef
branden.
Andere aanwijzingen zoals hydraulische druk e.d. gaven geen indicatie dat er iets
verkeerd was.
De
gezagvoerder besloot de nadering af te breken en te proberen een en ander te
verhelpen.
Maar wat de BWK’s ook probeerden, dat rode lampje bleef branden. Dus
moest er toch maar
geland worden.
Intussen
waren de brandweer en andere hulpdiensten gealarmeerd en bij de baan komen
staan.
En ook werd het veld weer, net als bij de PH-TKW op 1 mei, overspoeld door nieuwsgierige
kijkers.
De
landing verliep in eerste instantie normaal, maar toen de snelheid terug begon
te
lopen, en er dus meer gewicht op de wielen kwam, klapte het rechter
onderstel in.
De
rechter schroeven en de rechter vleugeltip raakten de baan en het vliegtuig
liep naar
rechts van de baan af en kwam 200 meter verder tot stilstand.
Daar
konden de passagiers, zonder trap, het toestel verlaten.
Oorzaak
bleek een defecte afdichtring te zijn. Een stuk dat er afgebroken was sloot een
smooropening af zodat er in beide richtingen geen hydraulische olie kon
doorstromen.
Oftewel, letterlijk een afdichtring.
Gezagvoerder:
G.M.H. Frijns. Copiloot: M. Kachuk(hoewel hij in het onderzoeksrapport
2e telegrafist wordt genoemd...) Telegrafist: J.E. Spanjaard. Boordwerktuigkundigen:
W.F. van de Woestijne en R.L. van Vliet. Steward: W.J. Kruys. Stewardess: Van
Hooidonk.
Ook de BWK was ervan overtuigd dat de landing, ondanks het rode lampje, veilig uitgevoerd kon worden.
Helaas, niet dus!
(Coll. H. Dekker)
(Coll. H. Dekker)
16.05.1948 PH-152 Schneider Grunau Baby
IIb
6034 Eindhoven
Terug /
Top
De
vleugeltiploper hield iets te lang vast zodat het toestel wat scheef de lucht
in getrokken
werd. De bestuurder corrigeerde dit niet adequaat, hij stuurde en
stak wat bij.
Een
vleugeltip raakte grond en daarna de neus ook. Beide vleugels stuikten naar
voren.
Bestuurder:
De Geus.
Ongevallenrapport
1948-10.
(Coll. H. Dekker)
24.05.1948 PH-UAI de Havilland D.H.82A Tiger Moth 86443 Zevenhuizen
Terug /
Top
Aan
het eind van een oefenvlucht ging de leerling op lage hoogte nog even wat
kunstjes doen.
Op een gegeven moment zat hij op ongeveer 30 meter hoogte en draaide
hij, met
geringe snelheid, een steile bocht.
Hij
gleed af en botste tegen de dijk langs de Rotte.
Het vliegtuig viel neer op een
weiland erachter.
De
bestuurder bleef ongedeerd. Het vliegtuig werd ernstig beschadigd.
De piloot werd gestraft met twee jaar ontheffing van zijn
vliegbrevet en de school verwijderde
hem definitief van de opleiding.
Een paard
werd licht gewond maar hield er wel blijvend psychisch letsel aan over.
De eigenaar claimde schadevergoeding maar werd daarvoor, na enig juridisch overleg,
verwezen naar de heer Radsma.
Bestuurder:
L. Radsma.
De Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart. (Coll. H. Dekker)
31.05.1948 PH-TPP Douglas
DC-6
43118 Schiphol
Terug /
Top
Tijdens
een lesvlucht werden starts en landingen geoefend. In totaal werden 13
landingen
verricht, waarbij het toestel verschillende keren ver vóór het
gemarkeerde begin van de
baan de grond raakte en zeer laag (5 meter) over de
Schipholweg binnenkwam.
Bestuurder:
K.J.T.M.F.F.M. Rüpplin von Keffikon. Tweede bestuurder: Th. Witkampf.
Derde
bestuurder: S.J.
Postma.
Inspecteur Schwencke maakte dit rapport op.
(Coll. H. Dekker)
04.06.1948 PH-TDW Douglas
C-47A
13458 Schiphol
Terug /
Top
PH-TPP Douglas
DC-6
43118
Vlak
na de start voor een vlucht naar Genève zag de bemanning opeens een ander
verkeersvliegtuig op praktisch dezelfde hoogte over zich heen vliegen.
Een
diepgaand onderzoek bracht aan het licht dat er maar één toestel in de buurt
was geweest
dat in aanmerking leek te komen en dat was de PH-TPP.
Maar
uit de verklaringen van de bemanning van de PH-TPP kon geen andere conclusie worden
getrokken dan dat het dit toestel niet geweest was.
Welk toestel het dan wel
geweest moest zijn, is verder niet meer duidelijk geworden.
Bemanning
PH-TDW. Gezagvoerder: W.C.A. van Heugten. Tweede piloot: K. v.d. Kommer.
Boordwerktuigkundige Lieshout. Telegrafist: Den Hertog. Stewardess: Kremer.
Bemanning
PH-TPP. Gezagvoerder: L.E.J. Poutsma. Tweede piloot: A.P. Ruige.
Boordwerktuigkundige
Van Alsem. Telegrafist: F.C. Bergisch.
Inspecteur
Rombouts schreef dit rapport.
(Coll. H. Dekker)
06.06.1948
PH-9
ESG
455 Teuge
Terug /
Top
De
bestuurder koppelde het toestel, al enigszins in overtrokken toestand, los van
de lierkabel
op ongeveer vijf
meter hoogte.
In
plaats van iets bij te prikken, trok hij de knuppel nog verder naar achteren,
met als gevolg,
een complete overtrek. Het toestel gleed over rechts af en
sloeg tegen de grond.
De
bestuurder bleef ongedeerd, van de PH-9 was de voorste stijl van de A-bok
gespleten
en een paar ribben gebroken.
Bestuurder:
O. Dom.
Ongevallenrapport 1948-11. (Coll. H. Dekker)
11.06.1948 PH-UAA de Havilland D.H.82A Tiger Moth 86585 Ypenburg
Terug /
Top
De
leerling oefende een voorzorgslanding. Dat hield in dat hij met minimale
snelheid
zo kort mogelijk moest binnenkomen.
Deze
keer kwam hij te laag en met te weinig snelheid op de baan aanvliegen.
Het
vliegtuig zakte dus wat door en. hoewel hij direct
vol gas gaf, kon hij niet
voorkomen dat de wielen, buiten de grens van het veld,
aan de grond kwamen.
Daar
was het gras echter nogal lang en werd het toestel bij het uitrollen zeer
sterk
afgeremd. Zó sterk dat het over de kop sloeg en ernstig beschadigd werd.
De
bestuurder bleef ongedeerd.
Bestuurder:
Th.L. Ranke.
De
Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart.
(Coll. H. Dekker)
12.06.1948 PJ-ACG
Boeing N2S-4 Kaydet =
=
Terug / Top
Lijkt me, gezien de foto's, een noodlanding.
Bestuurder: Korreling.
Twee foto's van A.D. Ringma die ik via Gerard Casius kreeg.
15.06.1948 PH-NCN Beech D18S
A-388 Barcelona(EC)
Terug /
Top
Toen
de bestuurder bij het vliegveld Prat de Llobregat arriveerde kreeg hij de
indruk
dat de nieuwe baan 256-76 nog niet in gebruik genomen was. Hij
concludeerde dat uit
de arbeiders die er nog aan het werk waren en uit de zware
machinerie die nog vrij dicht
in de buurt opgesteld was.
Maar
in een NOTAM van 20.3.1948 was de openstelling van de eerste 1300 meter van deze
baan
al aangekondigd.
Maar
goed, hij koos baan 313-133 en landde daarop met een forse dwarswind.
Tijdens
de uitloop week hij direct al wat naar linksaf en na zo’n
200 meter
gerold te
hebben werd hij door een harde windstoot helemaal uit de koers
geduwd.
Het
toestel kwam naast de baan terecht en botste daar tegen een lage aarden wal.
Hierdoor
klapte het rechter wiel weer naar binnen en kwam het toestel aan de grond met
de vleugeltip terwijl ook de draaiende schroef tegen de grond sloeg.
Na
een grondzwaai kwam de zaak tot stilstand. Het toestel was ernstig beschadigd.
Geen
van de inzittenden, twee bemanningsleden en zeven passagiers, raakte gewond.
Gezagvoerder:
J.B. Scholte. Tweede piloot: F. Diepen.
Theo
Tellegen maakte voor zijn schaderapport deze twee foto's.
(Coll. H. Dekker)
De Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart. (Coll. H. Dekker)
16.06.1948 PH-TCF Douglas
DC-4
42996 Schiphol
Terug /
Top
Het
toestel kwam te laag binnen. De BWK attendeerde de gezagvoerder op de lage
snelheid,
maar die vond de snelheid voldoende.
Vlak
voor de Schipholweg gaf de gezagvoerder ook nog de opdracht de kleppen vol uit,
en
het gas dicht te doen.
De
BWK deed weliswaar de kleppen vol uit, maar hij verminderde het vermogen zeer
langzaam.
Maar toch werd de Schipholweg op slechts enkele meters hoogte
gepasseerd.
Het
vliegtuig vloog door enkele dennetjes die aan de rand van het veld stonden en
kwam
vervolgens, op 175
meter voor het begin van de baan, met de hoofdwielen in botsing met
een
slootrand.
Het
vliegtuig reed hierna even, ‘en passant’ een grensbord vernielend, sprong nog
even
op en kwam enige tientallen meters verder op de baan terecht. Waarna het
normaal uitliep.
Nou ja, normaal...
Na
de botsing sloot de BWK direct het gas en schakelde de motoren en alle boordinstallaties
uit.
De benzine stroomde tijdens de uitloop uit het vliegtuig, zodat er een wolk
achter het
vliegtuig zichtbaar was.
Het
toestel was zodanig ontzet dat het afgeschreven moest worden.
De romp heeft nog
lang opgeslagen gestaan bij de Schipholdijk ter hoogte van hangaar 5.
Gezagvoerder:
R.A. Johnson (I, zie 9/9). Tweede piloot: A.J. Osborne.
Boordwerktuigkundigen: H. Feis en
J.H.H. Huizinga. Telegrafist :J.H. Pestman.
Steward:
G.G. Leyendecker. Stewardess: A. Hoevenaars.
Hoewel het toestel er op het eerste gezicht behoorlijk gaaf uitziet, is op de rechter foto de plooiing van
de rechter vleugel goed zichtbaar. En zó zag het hele
toestel eruit!
(Coll. H. Dekker)
De Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart. (Coll. H. Dekker)
18.06.1948 PH-NAV Siebel
Si.204
110 Spanje(EC)
Terug /
Top
Zou
op deze dag daar verbrand zijn. Aangezien dit ook de
doorhalingsdatum in het N.L.R. is,
was het op z’n minst verdacht.
Nader
onderzoek in Spanje bracht aan het licht dat het toestel daar ingeschreven werd
als EC-ADB en dat het op 18.6.1948 na een noodlanding bij Reus is uitgebrand.
En
dat betekent dat het ongeval eigenlijk niet in deze serie thuishoort, maar omdat hier
(weer) een veel 'geciteerde' fout gecorrigeerd kan worden, toch maar wel!
Ook wordt de vorige eigenaar ZKH Prins Bernhard nogal eens als bestuurder genoemd.
Dat is natuurlijk niet correct, het toestel vloog toen al enige maanden (als EC-ADB dus)
commercieel bij CANA (Compania Auxiliar de Navegacion Aerea) en werd toen echt niet meer
door ZKH bestuurd!
Bestuurder: Juan Ramirez.
19.06.1948 PH-TCE Douglas
DC-4
42995 Lissabon(CS)
Terug /
Top
Vrijwel
het gehele KLM-grondpersoneel stond het toestel op het platform op te wachten.
Op aanwijzingen van een GWK en ander personeel werd het toestel geparkeerd,
maar bij
de laatste draai liet men die vlakbij het stationsgebouw uitvoeren.
Zó
dichtbij dat de ruimte tussen vleugeltip en het gebouw voor de gezagvoerder
niet
te beoordelen was. Dus heel voorzichtig draaien.
Op
een gegeven moment zag hij echter kalk en ander materiaal onder de vleugel naar
beneden vallen en begreep hij dus dat hij het
bordes van het gebouw geraakt had.
Vanaf
de grond werd hem dat daarna toen heftig gesticulerend ook duidelijk gemaakt.
Dat wist hij dus al!
Vleugeltip
beschadigd, navigatielicht platgedrukt en de-icer
rubber beschadigd.
Gezagvoerder:
P. Both.
Het rapport van gezagvoerder Both. (Coll. H. Dekker)
25.06.1948 PH-164 Schneider Grunau Baby
IIb
6046 Zeddam
Terug /
Top
Na
een uurtje vliegen was de thermiek op. Bij de buitenlanding op een wei langs de
weg
van Zeddam en Vethuizen viel het toestel ‘uit de linker slip’ en kwam vóór
het veld aan
de grond.
Doordat
de linker vleugel in een greppel bleef haken, kreeg de onderzijde van de romp
de landingsschok asymmetrisch te verduren. Dus wat spanten, gordingen en
beplating
beschadigd.
Bestuurder:
H.F.V.M. Schwing.
Ongevallenrapport 1948-14. (Coll. H. Dekker)
26.06.1948 PH-171 Schneider Grunau Baby
IIb
6053 Terlet
Terug /
Top
Op
ongeveer 80 meter
hoogte draaide de bestuurder een rechterbocht.
Toen hij het toestel weer recht
wilde leggen, bleek het voetenstuur geblokkeerd.
Het
toestel maakte een scherpe, gedoken rechter spiraal en ging twee slagen
rond.
Hierna
heeft de bestuurder met alle kracht geprobeerd de blokkering op te heffen
waarbij de doorslag van de stuurkabel aan het linker pedaal afbrak.
Maar
hierdoor kreeg hij het toestel wél uit de duik en in een vrijwel vlakke stand
kon het toestel redelijk gecontroleerd aan de grond zetten.
Het was wel een
harde landing, dus beplating gescheurd en gordingen gestuikt.
Vermoedelijk
was het kabeltje van de loskoppelhandel naar de neushaak, achter het
beslag van
de voetenstuurkabel gehaakt.
Bestuurder:
J.G. Blom.
Ongevallenrapport
1948-13.
(Coll. H. Dekker)
28.06.1948 PH-HAA Sikorsky
S-51
5133 Dwarskade
Terug /
Top
Al
de hele dag waren er proefvluchten met de helikopter gemaakt. Doel was het
vaststellen
van het gedrag van het toestel bij motorstoring. Daartoe werd
steeds motorstoring gesimuleerd
bij verschillende snelheden, 80, 60, 40, 20 en 0 mph.
Er
waren al drie proeven met die 0
mph uitgevoerd en om 15.00 uur werd gestart voor de
vierde
en laatste vlucht
Op
het moment dat op 540
meter hoogte de snelheid tot nul was teruggebracht, viel
zonder
enige waarschuwing de motor écht uit.
Aangezien
de testvluchten op film werden vastgelegd, kon het verloop van het ongeval
precies
gereconstrueerd worden.
Uit
deze film bleek dat de reactietijd van de bestuurder ongeveer 1 seconde was en
dat
hij 2½ seconde nodig had om de spoedhefboom -die een vrij
grote slag maakt- helemaal
naar beneden te drukken.
Het
duurde al met al vier seconden na het uitvallen van de motor voordat het
toestel in
autorotatie ging en het directe gevaar dus geweken was.
Tijdens
de daaropvolgende daalvlucht probeerde hij nog wel de motor weer op gang te
brengen maar dat lukte niet.
Bij
de noodlanding moest de bestuurder een koe ontwijken zodat hij met het
linker wiel
eerst aan de grond kwam. Daarna kantelde het toestel langzaam naar
rechts.
Het kwam op z’n zijkant tot stilstand, waarbij
de rotorbladen tegen de grond sloegen en
vernield werden.
De
motorstoring werd veroorzaakt door brandstofgebrek, dit was het gevolg van het niet
tijdig
overschakelen naar de nog wèl gevulde brandstoftank.
Bestuurder:
E.C. Senger. NLL-waarnemers: L.R. Lucassen en J. Meyer Drees.
Het 'evenement' trok veel publiek.
(Coll.
H. Dekker)
De Technische Commissie Hefschroefvliegtuigen besprak het ongeval en ir. Schipper maakte daar het
verslag van.
(Coll. H.
Dekker)
03.07.1948
PH-139
ESG
6027 Eelde
Terug /
Top
De bestuurder
vloog het circuit niet correct en kon dientengevolge de baan niet meer
bereiken. Hij landde buiten de terreinbegrenzing van de afgepaalde stukken op de
Duitse vliegvelduitbreiding.
In
de uitloop botste hij tegen een paaltje daarvan. Schade aan rechter vleugel.
Bestuurder:
J.C. Scheffer.
Ongevallenrapport 1948-15. (Coll. H. Dekker)
07.07.1948 PK-SVB Beech
Bonanza
D-883 Palembang
Terug /
Top
Mislukte
landing op vliegveld Talang-Betoetoe. De machine werd zo zwaar beschadigd dat
hij afgeschreven werd. Geen persoonlijke ongelukken.
11.07.1948 PH-TEP Lockheed 749 Constellation 2540 Schiphol
Terug /
Top
Voor
de uiteindelijke landing waren er een paar problemen, de radioverbinding bleek
door
een defecte VHF zender zeer moeizaam. De gezagvoerder meldde technische
problemen met
motor #1 en wilde daarom gebruik maken van de (langere) baan 23 in plaats van de door
de
verkeersleiding aanbevolen baan 32.
Hij
naderde dus baan 23 maar kwam vanwege de heersende wind niet goed voor de baan
uit
en besloot nog een keer rond te gaan.
De
tweede keer kwam hij wel netjes voor de kop van de baan uit, maar zette het
toestel
toen onder een hoek van bijna 5° met de hartlijn aan de grond.
Deze
afwijking corrigeerde hij niet, zodat het toestel al na 175 meter van de baan
liep.
Ook daarna probeerde hij met alleen het richtingsroer de koers weer richting
baan te verleggen.
Dat
lukte in het geheel niet. Hij verzuimde hierbij de andere mogelijkheden,
neuswielbesturing,
motoren en remmen in te zetten.
Kortom,
hij reed hierna nog ongeveer een kilometer door het gras, reed rakelings langs
openliggende rioolputten, hoopjes schroot, rioleringspijpen, wél over een
zandwalletje,
ijzeren platen en een terreinbord.
Nog
een wonder dat de schade beperkt bleef tot de neuswielbanden.
Trouwens, al de
levensgevaarlijke obstakels in de buurt van de baan waren wel
netjes in NOTAM’s
gemeld.
Gezagvoerder:
G.E. Mustard. Tweede piloot J. Flemer. Boordwerktuigkundigen: F.W.L. de Meel
en
W.J.M. de Mol. Telegrafisten: D. Smit en C.A. Lamerus. Stewards: F.W. Janknecht
en
W. Schuitema.
13.07.1948 PH-TAY Douglas
C-47A
11995 Eindhoven
Terug /
Top
Tijdens
het parkeren op het platform werd met de linker vleugel de instrumentenkast van
de meteorologische dienst geraakt. Enige schade aan vleugeltip.
Het kastje en
instrumenten daarin werd vanwege de vermolmde poten geheel met de grond gelijk
gemaakt.
Bestuurder:
G.J. Schipper.
Gezagvoerder Schipper schreef een rapportje.
(Coll. H. Dekker)
18.07.1948 PH-UCU Piper L-4J Grasshopper
13276 Leeuwarden Terug / Top
Deze dag en de dagen erna kwam een aantal ongeautoriseerde landingen op Leeuwarden voor.
Individueel nauwelijks de moeite waard, maar een net lijstje wil ik hier wel opnemen..
26.07.1948 PH-UCN Piper L-4J Grasshopper 13366
Leeuwarden Meijer, A.F.
27.07.1948 PH-UCK Piper L-4J Grasshopper 13363
Leeuwarden Tolgering
27.07.1948 PH-UCO Piper L-4J Grasshopper 13367
Leeuwarden Rooyakkers
27.07.1948 PH-UCU Piper L-4J Grasshopper 13276
Leeuwarden Vogelzang, P.J.J.d
28.07.1948 PH-UCW Piper L-4J Grasshopper 13215
Leeuwarden Jannink
29.07.1948 PH-UCK Piper L-4J Grasshopper 13363
Leeuwarden Vogelzang, P.J.J.
29.07.1948 PH-UCU Piper L-4J Grasshopper 13276
Leeuwarden Dijkstra
20.07.1948 PH-UBN North American
AT-6A Texan 78-5955 Gilze-Rijen
Terug /
Top
Grondzwaai.
(Coll. H. Dekker)
21.07.1948 SE-AHP Bücker Bü 180B2 Student 2108 Diepenveen Terug /
Top
De bestuurder en een vriend waren op vakantiereis door Europa. Na een
tussenlanding te
Hamburg waren ze door slecht weer uit de koers geraakt
en geheel verdwaald.
Wegens brandstofgebrek maakten ze een noodlanding ten Westen van de weg
Deventer - Zwolle,
op het land van landbouwer A. Roetert.
Nadat van Teuge brandstof was aangevoerd kon weer opgestegen worden en vloog het tweetal
naar Teuge.
Bestuurder: H. Lundquist.
27.07.1948 PH-UCX Piper L-4J Grasshopper 13260 Ypenburg
Terug /
Top
Bij
een doellanding is het de bedoeling dat uiterlijk op het moment dat het
vliegtuig
de grond raakt, de motor wordt uitgezet. Daarna moet het toestel op
hoogstens 50 meter
van een vooraf bepaald punt tot stilstand worden gebracht.
Het
is dus voorspelbaar wat er gebeurt als tijdens het uitrollen blijkt dat die 50 meter
overschreden zal
worden. Juist, dan rem je dus gewoon wat harder.
De
leerling remde te hard waardoor het vliegtuig op de neus kwam te staan.
Behoorlijke
schade aan de neus, schroef gebroken. Gelukkig liep de motor niet meer, anders
was de schade aanzienlijk groter geweest.
Bestuurder:
F. van der Kreek.
02.08.1948
PH-186
ESG
KZC-1 Teuge
Terug /
Top
De
leerling overtrok het toestel op ongeveer acht meter hoogte en vloog het tegen
de grond.
Schaats gebroken, spanbok zodanig beschadigd dat bij dhr. Vaassen die
van de PH-112 werd gehaald.
Daardoor kon het vliegen dus voortgezet worden.
Bestuurder:
W.J. Haye.
De
ongevallenrapporten 1948-16 en -17.
(Coll. H. Dekker)
04.08.1948
PH-186
ESG
KZC-1 Teuge
Terug /
Top
De
leerling zou voor de eerste maal rondgaan. Hij draaide de lange bocht echter
zodanig
dat hij niet meer voor het veld kon komen.
In
de uitloop van de buitenlanding met de linker vleugel tegen een boompje
gebotst.
Om het vliegbedrijf voort te kunnen zetten werd bij dhr. Vaassen een
vleugel gehaald,
deze keer afkomstig van de PH-122.
Deze
praktijken doen trouwens wèl het vermoeden rijzen dat bij de
ESG’s de
registratie-)vlag al lang de lading niet meer dekte.
Bestuurder:
Th.M.J. Bakker.
(Foto via N. Osinga)
05.08.1948 PH-UCD de Havilland D.H.82A Tiger Moth 83639 Hilversum
Terug /
Top
De
bestuurder maakte een nogal harde landing waarbij het gaffelstuk afbrak en de
as met
het linker wiel zich vrij konden bewegen.
Hij
merkte wel dat de landing niet goed was en gaf direct weer vol gas. Zodoende had
hij er
geen notie van dat z’n onderstel onbruikbaar
was geworden.
Vanaf
de grond werd het toestel in de lucht gehouden door een rode lichtkogel af te
schieten.
Pas toen er voldoende personeel met brandblussers e.d. langs de baan
was opgesteld werd met
een witte lichtkogel toestemming voor de landing
gegeven.
De
bestuurder voerde toen wel een heel zachte landing uit. Toen de linker vleugel
de grond
raakte draaide te vliegtuig nog 180° rond voor het tot stilstand kwam.
De bestuurder kon ongedeerd uitstappen.
Bestuurder:
L.R. Lucassen.
Het rapport van bestuurder Lucassen, gevolgd door de derde pagina van de Uitspraak van de
Raad voor de Luchtvaart.
(Coll. H. Dekker)
06.08.1948 PH-UBP North American AT-6A Texan 78-6538 Eindhoven
Terug /
Top
Tot
en met de touchdown verliep de ferry vlucht van Gilze-Rijen naar Eindhoven
perfect.
Maar
direct in de
uitloop begon het toestel naar links weg te lopen.
De bestuurder, die nog maar
9 uur Harvard-ervaring had, probeerde dit te corrigeren door
rechts voetenstuur
te geven.
Dat resulteerde echter direct in hetzelfde verschijnsel, maar nu
naar rechts.
Links remmen mocht niet meer
baten, het toestel zette een grondzwaai in naar rechts
waarbij het linker wiel
inklapte en de linker vleugel op de grond terechtkwam.
Na
een draai van 120° kwam het toestel tot stilstand. De inzittenden bleven
ongedeerd.
Bestuurder:
R. Overwijn.
11.08.1948 PH-NDP Fokker F.25.2 Promotor 6067 Ypenburg
Terug /
Top
Er
was een stelboutje met onvoldoende klemspanning gemonteerd, het raakte los en
daardoor
trad er een verstelling van een propellerblad op. Het toestel begon
hevig te trillen, maar
gelukkig was het toestel nog boven het veld. Er kon dus
een veilige noodlanding gemaakt worden.
Bestuurder:
H. Bulten.
De RLD verzocht Fokker meer informatie over dit type
schroef aan te leveren. (Coll. H. Dekker)
13.08.1948 PH-UCB de Havilland D.H.82A Tiger Moth 84259 Ypenburg
Terug /
Top
PH-NCZ Piper PA-12 Super Cruiser 12-3902
De
motor zou worden proefgedraaid en de blokken waren dus keurig voor de wielen
gelegd.
De
RLD-inspecteur nam plaats in de achterste cockpit en de monteur startte de
motor door
een ferme slinger aan de propeller te geven.
De
motor sloeg direct aan, maar liep ook gelijk naar 1200 tpm.
De
wielen duwden de blokken weg waarop het toestel vooruitschoot. De inspecteur
trok
natuurlijk direct het gas dicht, maar het was al te laat.
De botsing met
de geparkeerd staande PH-UCB kon hij niet meer vermijden.
De
schroef van de Piper kwam tegen de linker vleugel van de Tiger Moth.
De schade
was zoals te verwachten was; PH-NCZ beschadigde schroef, PH-UCB zwaar
beschadigde
linker vleugel.
Bestuurder
(nou ja...): M.L. van der Es.
De afdeling controle was een beetje in de war! (Coll. H. Dekker)
17.08.1948 PH-NCP de Havilland D.H.85 Leopard Moth 7037 Wassenaar
Terug /
Top
De
vlucht voerde van Eelde naar Ypenburg. Ter hoogte van Wassenaar maakte het
toestel opeens
een zeer onverwachte slingerbeweging zonder dat de bestuurder
iets aan de stand van de roeren
veranderde.
De
passagier, die aanzienlijk meer ervaring op dit type had, greep met de
besturing bij de
achterste zitplaats in. Een verklaring voor het verschijnsel
staat in onderstaand verslag.
Bestuurder:
R.W. Oosterhuis. Passagier: P.J.J. Vogelzang.
Het verslag van de heer Van der Es met de verklaring van het vreemde verschijnsel. (Coll. H. Dekker)
17.08.1948 PH-UDF North American AT-6A Texan 78-7104 Eindhoven
Terug /
Top
De
bestuurder had het vliegtuig van Gilze-Rijen overgevlogen teneinde
op Eindhoven start
en landingen te oefenen.
De
start ging prima maar toen moest er geland worden. Bij de voorbereidingen
daarvoor vergat
hij slechts één handeling: het uitklappen van het
landingsgestel.
Gelukkig
zit er in dit type een hoorn die begint te loeien als met ingeklapte
wielen de
gashendel dichtgetrokken wordt.
Goed, de hoorn begint dus
te loeien maar de bestuurder besteed er verder geen
aandacht aan.
Hierna volgden nog twee waarschuwingen van de toren die
hij
eveneens in de wind
sloeg: “
Ik maak geen vaute”.
Ook werd hij nog door de bestuurder van het andere vliegtuig
gewaarschuwd, maar weer reageerde
hij niet!
Toen
hij bij het afvangen gas terugnam, begon de hoorn dus weer te loeien, toen pas
realiseerde
hij zich dat ook ál dat “DOORGAAN”-geschreeuw over de radio,
voor hèm bedoeld was.
Als hij toen vol gas had gegeven, had hij de situatie nog
wel kunnen redden, maar dat durfde
hij niet aan.
En
zodoende kwam het toestel op de buik terecht en schoof ongeveer 250 meter over de baan
alvorens tot stilstand te komen.
Hij
kon ongedeerd uitstappen.
Het toestel was ernstig beschadigd aan bakboord
vleugel, onderstel, propeller en spinner.
Bestuurder:
P.H.G.J. Spuybroek.
18.08.1948 PH-NDK Fairchild UC-61K (24R-46A) Argus III 982 =
Terug /
Top
Ongeautoriseerde
vlucht boven de Britse bezettingszone van Duitsland.
Bestuurder:
J.G. Hulsbergen.
De RLD informeerde of de heer Hulsbergen wel op de hoogte was.
De bestuurders van PH-HJP en PH-NDG (zie 23/8) kregen net
zo'n brief.
(Coll. H.
Dekker)
23.08.1948 PH-HJP Erco Ercoupe
415CD 4759 Hamburg(D)
Terug /
Top
PH-NDG Fairchild UC-61K (24R-46A) Argus III 996
Ongeautoriseerde
vluchten boven de Britse bezettingszone van Duitsland bovendien even
ongeautoriseerde tussenlandingen op Hamburg/Fuhlsbüttel.
Bestuurder:
H.J.P. van Heek (PH-HJP), Van Dammeritt (PH-NDG).
23.08.1948 PH-TFB Douglas
C-47A
12172 Ypenburg
Terug /
Top
Op
6 november werd motor #1 ter revisie aangeboden omdat tijdens de vlucht
de
oliedruk
geheel was weggevallen en “
het
vliegtuig van olie droop”.
Het bleek dat het binnenwerk geheel
vernield (“
geruïneerd”)
was.
23.08.1948 PH-UAU de Havilland D.H.82 Tiger Moth 84211 Deelen
Terug /
Top
Noodlanding
wegens brandstofgebrek. Het kenmerk wordt door mijn bron gegeven als
PH-ANU
en dat is opgelost m.b.v. het logboek van Dick Goedhart maar
bovendien meldt dezelfde bron:
“
Om 14.15 landde H.J. Beaudoux met de PH-UAN
met benzine voor de Tiger Moth PH-NAU”.
Bestuurder: D.S. Goedhart.
24.08.1948 NC90420 Douglas C-54B Skymaster 18366 Schiphol
Terug /
Top
PH-TBG Douglas
C-47A
9510
De
C-54 had al geruime tijd, samen met 40 andere toestellen, boven Frankfurt
gecirkeld,
wachtend op toestemming om te landen. De gezagvoerder besloot in
verband met z’n slinkende
brandstofvoorraad naar
Schiphol uit te wijken.
Dat
werd weliswaar aan Schiphol gemeld, maar daarna slaagde de verkeersleiding er
niet in om
goed radiocontact te onderhouden.
Toen
dan ook na enige tijd de gezagvoerder zich weer, zwakjes, meldde en vertelde
dat hij
boven een grote stad vloog, die verdeeld werd
door een groot water, nam de verkeersleiding aan
dat hij boven Amsterdam vloog
en gaf hem een koers naar -dat dachten ze tenminste- Schiphol.
Verwonderd
vroeg de gezagvoerder van de PH-TBG waar die Amerikaan dan wel was, want dan
zou hij hem in ieder geval moeten kunnen zien!
Kortom,
de C-54 zat dus boven Rotterdam en vloog feitelijk richting Zeeland.
Hij kon
gelukkig over de radio bereikt worden en omdat z’n
brandstofvoorraad geslonken was tot
krap 20 minuten, ging de PH-TBG hem
tegemoet.
Dan wisten ze tenminste zeker dat hij via de
kortste route naar Schiphol vloog.
Voorafgegaan
door de PH-TBG kwam de NC90420 daarna boven Schiphol aan, en maakte een
perfecte
landing. Er was nog voor 5 minuten brandstof.
Gezagvoerders:
Taylor (NC90420) en W.D. Forssman (PH-TBG).
27.08.1948 PH-UCM Piper L-4J Grasshopper 13365 Doetinchem
Terug /
Top
De
bestuurder raakte verdwaald en zette na lang zoeken naar vliegveld Twente, het
toestel
bij Doetinchem aan de grond.
Bestuurder:
A. Voortman.
De heer Voortman was dus duidelijk niet met volle tanks
vertrokken.
(Coll. H.
Dekker)
29.08.1948 PH-UCD de Havilland D.H.82A Tiger Moth 83639 Hilversum
Terug /
Top
De
bestuurder had wel ervaring maar niet op de Tiger Moth. Na een
familiarisatie vlucht(je)
van tien minuten achtte de instructeur hem wel in
staat solo te gaan vliegen.
Omdat
de ervaring niet alleen bestond uit vliegen, maar ook uit instructie geven was
de
conclusie van de instructeur wel begrijpelijk.
Maar
bij de start duwde hij de knuppel te ver naar voren, de propeller sloeg tegen
de
grond en langzaam rolde het toestel over de kop.
Richtingsroer
en kielvlak zwaar beschadigd, schroef gebroken,
motorbeplating beschadigd,
benzinetank ingedeukt, motorbok ontzet. Bestuurder
ongedeerd.
Bestuurder:
J.M.
Loo.
29.08.1948 PH-127 Grunau 9 (ESG)
6015 Valkenburg
Terug /
Top
De
leerling kwam te kort binnen en landde het toestel precies tegen de slootrand.
De
spanbok werd geheel vernield, schaats gebroken. Bestuurder ongedeerd.
Bestuurder:
A. Korenhof.
Ongevallenrapport 1948-18. (Coll. H. Dekker)
00.08.1948 PH-UAR de Havilland D.H.82A Tiger Moth 86581 =
Terug /
Top
Harde
landing. Bij de firma Diepen werden de vleugels, onderstel etc.
verwijderd om
e.e.a.
te
controleren.
Ik heb over dit incident ook geen nadere informatie kunnen vinden.
(Coll. H. Dekker)
01.09.1948 PH-UAO de Havilland D.H.82A Tiger Moth 85960 Dalfsen
Terug /
Top
De
leerling raakte op een overlandvlucht de weg kwijt. Genoodzaakt door
brandstofgebrek
maakte hij een noodlanding waarbij verder geen schade ontstond.
De volgende dag werd brandstof
gebracht en vloog instructeur Beaudoux het
toestel naar Ypenburg terug.
Bestuurder:
Dunki-Jacobs.
01.09.1948 PH-UDC de Havilland D.H.82A Tiger Moth 84257 IJsselmuiden
Terug /
Top
De
leerling moest een noodlanding maken wegens motorstoring. Bij inspectie bleek
de
uitlaatklep van cilinder #4 gebroken.
De
dag erna kwam een ploeg van Ypenburg de cilinder vervangen. Op
3 september was de reparatie
gebeurd en kon het toestel na proefdraaien naar
Ypenburg teruggevlogen worden.
Bestuurder:
J. Pellikaan.
Het rapportje over de gebroken uitlaatklep.
(Coll. H. Dekker)
05.09.1948 PH-152 Schneider Grunau Baby
IIb
6034 Welschap
Terug /
Top
Bij
de start bleef de linker vleugeltip haken achter het veel te lange gras.
De
bestuurder ontkoppelde niet zodat het toestel hoe langer hoe schever werd(op)getrokken.
Op
een gegeven moment was het toestel 90° gedraaid en was de romp dal
zo’n vijf meter hoog,
terwijl de linker vleugeltip nog vlak
boven de grond was.
Helaas,
toen hij op dat moment wilde ontkoppelen deed hij, in plaats daarvan, de
kleppen uit.
Direct daarna raakte de kabel wel los, maar met de kleppen uit was
er geen houden meer aan.
De vleugeltip raakte de grond en de vleugel brak af,
de romp draaide door en sloeg achteruit
vliegend hard tegen de grond. Zware schade dus.
Bestuurder was ongedeerd.
Bestuurder:
Reinders.
Ongevallenrapport 1948-18a. (Coll. H. Dekker)
06.09.1948 PH-NAM Koolhoven FK
43
6170 Schiphol
Terug /
Top
PH-TAY Douglas
C-47A 11995
De
PH-NAM taxiede achter twee proefdraaiende C-47's langs. Er was niet echt veel
ruimte
en bovendien bleek opeens dat de remmen van de Koolhoven niet werkten.
De
bestuurder kon de PH-TAY niet meer ontwijken en botste met de vleugel tegen de
achterrand
van de rechter vleugel van de PH-TAY.
Lichte schade aan de C-47,
geen schade aan de Koolhoven.
B
estuurders
C.A. Ligtenstein (PH-NAM) en L. Fisher (PH-TAY).
De PH-NAM
bestuurder maakte een verklarende schets bij zijn rapport.
(Coll. H. Dekker)
09.09.1948 PH-TSC Douglas C-54A Skymaster 10373 Schiphol
Terug /
Top
De
gezagvoerder liet de nadering en landing uitvoeren door de 2e piloot.
Omdat een
en ander niet bepaald stabiel werd uitgevoerd, voelde de gezagvoerder
zich
genoodzaakt zich er toch mee te bemoeien.
Op een gegeven
moment vroeg hij om 20° flaps en vlak daarna om “gear
down”.
Het moet gezegd,
de boordwerktuigkundige verklaarde dit laatste commando niet te hebben
gehoord.
Toen
het toestel vlak voor de baan was, kwam er van de grond een rode kogel zodat de
gezagvoerder het commando “gear up” gaf en een overshoot maakte.
Aangezien
hij de “three greens” voor het onderstel niet had gecontroleerd, wist hij
ook
niet zeker of het uit was geweest.
Dus onderstel uit, laag langs de toren, er
leek niets mis, en toen een heel voorzichtige
landing. Er bleek verder niets
aan de hand.
Gezagvoerder:
R.S. Johnson II (er was dus ook een Johnson I). Tweede piloot: Baxter.
Deze gezagvoerder was de tweede met die naam!
Voor Johnson I zie 16/6! (Coll. H. Dekker)
14.09.1948 PH-TCL Douglas
C-47A
9511 Marseille(F)
Terug /
Top
Er
stond van alles in de weg toen het toestel weg getaxied zou worden.
Dus werden
er eerst wat wagens en trappen weggezet en kon de reis beginnen.
Keurig
reagerend op de signalen van de marshaller werd tussen de obstakels door
gereden maar
ze wisten niet dat de op Marignane gebruikt tekens niet de
internationaal gebruikelijke waren.
Met name het daar
gebruikte teken voor stoppen, dat betekende in de rest van de wereld doorgaan!
Niet echt handig dus!
Dus
reed de PH-TCL met het stabilo tegen een bagagewagentje terwijl de
marshaller toch
écht stoptekens had gegeven...
Bestuurder:
J. Roosenburg. Tweede piloot: A.J. Boyce.
Het rapport van Roosenburg waarin hij melding maakt van de
"non-international way of using lights". (Coll. H. Dekker)
15.09.1948
PK-SVA Beech D18S
# Kemajoran
Terug /
Top
Mislukte
start. De machine werd zo zwaar beschadigd dat hij afgeschreven werd.
Geen
persoonlijke ongelukken.
De Nieuwsgier 16.9.1948 via Nick Wiegersma
18.09.1948 # ballon "Delia Mouton"
# Duitsland(D) Terug /
Top
De reglementen schreven voor dat bij deze Benelux-wedstrijden niet buiten dew grenzen daarvan
gevaren, dan wel, geland mocht worden. Door een windvlaag werd de ballon echter de grens over
gedreven en kwam nét in Duitsland in een dennenbos terecht. Er moesten bomen gekapt worden om
de ballon zonder schade te kunnen bergen.
20.09.1948 PH-NCI Cessna UC-78C
Bobcat
5918 Leeuwarden
Terug /
Top
Bij
de nadering kreeg de bestuurder geen groene lichten als signaal dat het
onderstel
neer en geborgd was. Aangezien bij terugnemen van het gas, noch de
claxon ging loeien
noch de rode waarschuwingslampjes gingen branden werd hij
gesterkt in z’n mening dat er
niets aan de hand was
met het onderstel.
Temeer
daar hij de wielen, zo te zien normaal, onder de vleugel zag uitsteken.
En ook
vanaf de grond werd met een groene lichtkogel geseind dat men geen bezwaar
tegen
een landing had.
Hij
zette het toestel dus behoedzaam aan de grond en alles leek normaal te gaan.
Pas aan het eind van de uitloop werd een tikkend geluid gehoord, vermoedelijk
de tegen
de grond slaande tippen van de linker schroef.
De
linker motor sloeg af, en daarna gebeurde aan de rechterkant precies
hetzelfde.
Met
beide wielpoten ingeklapt en met twee afgeslagen motoren kwam het toestel
buikschuivend tot stilstand. De vier inzittenden konden ongedeerd uitstappen.
De
accu bleek niet voldoende spanning te kunnen leveren voor het neerlaten van én
de
kleppen én het onderstel. Er was verzuimd de generator voor de start op
Ypenburg aan
te zetten zodat de accu niet opgeladen werd.
Bestuurder:
A. van der Touw.
Na de buikschuifpartij. De
propellertippen van motor #2 zijn zichtbaar beschadigd.
(Coll. H. Dekker)
De inspectie van FDV stelde zelf (ook) een onderzoek in. (Coll. H. Dekker)
23.09.1948 PH-NDB Auster V
= Rottumeroog
Terug /
Top
Maakte
op Rottumeroog een voorzorgslanding omdat volgens de bestuurder -èn de inzittenden-
de motor onregelmatig liep.
Na
controle bleek er niets aan de hand te zijn en werd besloten weer te
vertrekken.
Bij het taxiën naar het begin van de ‘baan’ zakte een der wielen
weg in het mulle zand waardoor
het toestel heel beheerst op de neus ging staan
en langzaam doordraaiend, op de rug kwam te liggen.
De schade viel al met al
nogal mee.
Toch
volgde een vrij uitgebreid onderzoek omdat de autoriteiten niet erg overtuigd
waren
van de noodzaak om op Rottumeroog te landen.
Bij
het proefdraaien op Eelde vóór de vlucht liep de motor prima, bij het
controleren
na de landing was er niets aan de hand en tenslotte,
bij het onderzoek ná het ongeval werden
ook geen mankementen gevonden.
Daar
moet nog aan worden toegevoegd dat de vlucht officieel gemaakt werd om
luchtfoto’s
te maken van Rottumeroog en dat er voor de start op Eelde al de
mogelijkheid geopperd werd
van een landing teneinde
strandvoogd Toxopeus te interviewen.
Bovendien
werd in dit verband op Eelde al geïnformeerd of het strand van Rottumeroog
geschikt
was om te landen.
Kortom,
de Raad voor de Luchtvaart ontnam de bestuurder zijn bevoegdheid voor de duur
van
drie maanden.
Bestuurder:
H. de Heus.
In Avia 1.12.1948 stond een plaatje
van het transport.
De
Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart.
(Coll. H. Dekker)
24.09.1948 PH-UBL North American AT-6A Texan 78-6044 Gilze-Rijen
Terug /
Top
De
leerling trok bij het afvangen de neus te ver omhoog en liet het toestel
bovendien naar
links wegvallen.
De instructeur zag nog net kans het toestel
redelijk vlak te krijgen voor het een harde landing
maakte.
Hij
kon echter niet verhinderen dat het toestel daarna met nog hoge snelheid naar
rechts
van de baan liep. Door links te remmen wilde hij dat corrigeren maar
omdat er inmiddels een
band van de velg was gelopen
reageerde het toestel daar anders op dan hij verwachtte.
Het
toestel maakte een felle bocht naar rechts en sloeg met de linker vleugeltip
tegen de baan.
Tip en aileron beschadigd.
Bestuurder:
P.C.A. Malotaux. Instructeur: J.J. de Bruyn.
Instructeur De Bruyn schreef zelf het rapport van het
gebeurde.
(Coll. H. Dekker)
25.09.1948 PH-NCP de Havilland D.H.85 Leopard Moth 7037 Laschendorf(DDR)
Terug /
Top
De
bestuurder startte om 8.45 uur van vliegveld Eelde met de bedoeling om naar
Kopenhagen
te
vliegen. Na Hamburg werd koers
049° voorgelegd.
Spoedig hierna kreeg hij moeilijkheden met z'n oriëntatie, waarna hij de koers in oostelijke
richting verlegde.
Na
enige tijd was hij geheel verdwaald en aangezien volgens zijn verklaring in
bepaalde
vliegstanden de roeren niet normaal
functioneerden, besloot hij een noodlanding uit te voeren.
Bij
de landing moest hij iets verder neerkomen dan z’n
bedoeling was, aangezien er een
paar kinderen speelden ter hoogte van de
beoogde landingsplaats.
Het
vliegtuig kwam wel normaal aan de grond, maar na ca. 20 meter rijden, raakte
het
linker wiel in een kuil en brak af. Een grondzwaai volgde waardoor de romp knikte, maar de
drie
inzittenden konden ongedeerd
uitstappen.
Bij
later transport naar de Nederlandse Missie in de Britse Zone werden echter ook
nog
romp en hoogteroer gebroken.
Het
toestel werd teruggebracht naar Nederland, bij aankomst bleken er ook nog
kogelgaten
in te zitten!
De
motor werd aan een MTS in Groningen geschonken en het vliegtuig heeft daarna
nog
jaren bij café Bolhuis te Harenermolen gestaan. Tenslotte
is het gesloopt.
Bestuurder:
W.E. Molema.
Van Ger van Huizen kreeg ik deze twee fotootjes van de PH-NCP bij café Bolhuis.
Duidelijk is te zien dat geprobeerd is de knik in de romp met een laken te camoufleren.
De
Uitspraak van de Raad voor de Luchtvaart.
(Coll. H. Dekker)
27.09.1948 PH-TFB Douglas
C-47A
12172 Khartoum(ST)
Terug /
Top
Tijdens
de uitloop begon het toestel naar links weg te lopen, het leek wel of het
linker
hoofdwiel hard geremd werd.
De
bestuurder begon natuurlijk sterk naar rechts te sturen en, toen dat niet
voldoende bleek,
gaf hij vol gas op de bakboord motor.
Als gevolg van de hierdoor ontstane lift,
kwam de
bakboord vleugel omhoog en raakte stuurboord vleugel de baan.
Lichte
schade aan de tip en aan de aileron.
Bestuurder:
R. Protiva. Tweede piloot: Ligthelm. Boordwerktuigkundige: Stukje.
Telegrafist:
Van Gerven. Stewardess: Eikendal. Steward: Van Reeken.
De schade was zó gering dat de BWK het toestel gewoon
luchtwaardig verklaarde. (Coll. H. Dekker)
30.09.1948 PH-UBO North American AT-6A Texan 78-6384 Gilze-Rijen
Terug /
Top
De
leerling zou een voorzorgslanding oefenen. Dat ging prima tot hij tijdens de
uitloop
de flaps in zou trekken.
Hij
trok abusievelijk het onderstel in, en hoewel de instructeur razendsnel
reageerde en
de wielen weer “down” selecteerde, was hij net te laat.
Het
wiel kwam terug in gelockte ‘down’-positie maar het rechter wiel was al
‘te ver heen’ en klapte verder in. Het toestel kwam dus op de rechter
vleugeltip te liggen
en de propeller sloeg tegen de grond. Beide werden
beschadigd.
Bestuurder:
E. Verspoor. Instructeur: L. Hampson.
Het rapportje betreffende de schade en de reparatie daarvan. (Coll. H. Dekker)
02.10.1948 PH-UCM Piper L-4J Grasshopper 13365 Twente Terug /
Top
Er
waren vliegfeesten gehouden en daartoe waren de bakens verzet.
Toen
de bestuurder binnen kwam voor de landing, raakte hij met de linker wielpoot zo’n
hondenhok.
Bij
de landing zakte het toestel door die wielpoot en kwam met de linker vleugeltip
op
de grond tot stilstand. Schade aan vleugeltip en propeller. En aan het
onderstel natuurlijk.
Bestuurder:
E.J. Boessenkool.
Het
relaas van de heer Boessenkool en het commentaar van z'n instructeur.
(Coll. H. Dekker)
02.10.1948 PH-UCO Piper L-4J Grasshopper 13367 Schiphol
Terug /
Top
Na
de landing op baan 23 wilde de bestuurder links afslaan en verder taxiën langs
baan 27,
dus met de wind in de rug.
Zogezegd zo gedaan. Zoals het hoort bij
het taxiën, hield hij de de knuppel getrokken.
Toen hij echter linksaf sloeg, èn
door een kuil reed, èn een beetje remde, èn een windvlaag
van achteren kreeg,
was dat voor het omhoog staande hoogteroer net voldoende om het toestel
op de
neus te zetten.
De bestuurder stapte snel uit om hangend aan de staart, het
over de kop slaan te verhinderen.
Tevergeefs, het toestel kwam op de rug
terecht en werd ernstig beschadigd.
Bestuurder:
J.P.M. Rooyackers.
Vlakbij
de kruising van de banen 23 en 27 ligt de PH-UCO op de rug.
(Coll. H. Dekker)
Op de foto's lijkt de schade nogal gering, dit rapport omvat vijf, veelal
dichtbeschreven, pagina's.
(Coll. H. Dekker)
03.10.1948 PH-120 Grunau 9 (ESG)
6008 Terlet
Terug /
Top
De
bestuurder trok direct bij de start erg steil op, zodat de lier niet goed op
snelheid
kon komen. De kabel kwam slap te hangen en viel van de haak.
Toen
was het toestel ongeveer 15
meter hoog, met weinig voorwaartse snelheid en in een
neushoge stand. Hij zag geen kans meer het toestel normaal af te vangen en
vloog het
tegen de grond. Schaats en rechter vleugel gebroken. Bestuurder
ongedeerd.
Bestuurder:
S. Fopma.
10.10.1948 PH-UCR Piper L-4J Grasshopper 13211 Ypenburg
Terug /
Top
Bij
het afvangen verkeek de bestuurder zich op de hoogte en overtrok de Piper op
een
hoogte van ongeveer twee meter.
De
landing was dus zeer hard en de rechter wielpoot werd beschadigd.
Bestuurder:
F.W. van Gelder.
12.10.1948 PH-NCG Erco Ercoupe
415CD
4718 Ypenburg
Terug /
Top
De
bestuurder was vertegenwoordiger van Ercoupe in Nederland en zou het toestel
demonstreren
voor een relatie.
Tijdens
de startaanloop voelde hij enige tikken tegen de wielen, maar omdat hij op de
hoogte
was van de -slechte- toestand van het veld,
vond hij dit niet verontrustend.
De
volgende klap was echter wel erg hard. Het toestel zakte wat met de neus naar
beneden
en begon, met een dwarsstaand neuswiel, een diepe voor in de grond te
trekken.
Na
een flauwe bocht naar links gemaakt te hebben, kwam het toestel tot stilstand.
Schroeftippen beschadigd, motor- en neuswielophanging
ernstig beschadigd.
De inzittenden
konden ongedeerd uitstappen.
Bestuurder:
G.A.E. Gleichman.
Het
controle-rapport van FDV NV.
(Coll. H. Dekker)
18.10.1948 PH-TBU Douglas C-54A Skymaster 10377 Londen(G)
Terug /
Top
Blikseminslag.
Gat gebrand in rechter hoogteroer.
Gezagvoerder: H.G.B. Boshoff.
Het aantal blikseminslagen begon op te vallen.
(Coll. H. Dekker)
19.10.1948 PH-TBI Douglas
C-47A
11855 Schiphol
Terug /
Top
Blikseminslag.
Twee gaatjes in rompneus en aan de bovenkant van het richtingsroer was
een
lijst doorgebrand.
Zie ook bij 18/10.
Gezagvoerder:
J.M. Rock.
19.10.1948 PH-TDU Douglas
C-47A
12485 Oslo(LN)
Terug /
Top
Oktobermaand,
blikseminslagmaand! Aardketting
afgebrand.
Zie ook bij 18/10.
Gezagvoerder:
A.P. Ruige.
Deze foto laat zien dat ook het rolroer van de PH-TDU beschadigd
werd.
(Coll. H. Dekker)
20.10.1948 PH-TEN Lockheed 049 Constellation 2083 Prestwick(G) Terug Top
Tijdens
de nadering kreeg de toren om 22.55 uur contact met de PH-TEN.
Het
advies van de verkeersleiding was om een GCA-begeleidde landing op baan 32 te
maken. Hierbij werd nadrukkelijk gewaarschuwd voor de heersende straffe
dwarswind.